Geen nood, je bent op de juiste plek.
Adviestalent is vanaf 1 november 2019 doorgegaan als OpMorgen

Verder

Goed starten in je nieuwe baan in Corona-tijd

Philip Oomkens Adviseur OchtendMensen TwynstraGudde

Veel dingen zijn anders in deze Corona-tijd. Een avondje lekker met vrienden naar de kroeg? Zit er niet in. Je afstudeerpraatje houden voor een publiek om dezelfde avond nog een afstudeerborrel te doen? Vergeet het maar. Ouderwets bij een bedrijf op de koffie om daar te solliciteren? Nope. Een goede start bij je nieuwe werkgever? Dat kan dan weer wel.

Digitaal én ‘live’ starten bij OchtendMensen

Inmiddels werk ik anderhalve maand met veel plezier als adviseur bij OchtendMensen. De Coronamaatregelen boden gelukkig de ruimte om in mijn inwerkperiode een paar keer op het OchtendMensen-kantoor in Amersfoort te werken. Bijvoorbeeld op mijn eerste werkdag. Zodat ik kon zien hoe ’mijn’ kantoor er nou eigenlijk uitziet, om m’n laptop en telefoon op te halen en om gevoel te krijgen bij het bedrijf waar ik de komende drie jaar aan de gang ga. Maar zeker ook om een aantal van mijn nieuwe collega’s te ontmoeten: mijn manager, mijn buddy, en een paar collega’s met wie ik veel samenwerk.

Om op dit laatste maar gelijk terug te komen: de OchtendMensen die ik ‘in het echt’ heb ontmoet, zorgden er direct voor dat ik me in deze gekke tijd toch erg gauw thuis voelde. De eerste dag dat je aan de gang gaat, krijg je de vraag of je jezelf aan de gehele OchtendMensen-groep wilt voostellen. In mijn geval deed ik dit door via de mail een klein verhaaltje om mezelf te schrijven en een paar toonbare foto’s uit m’n camerarol in een collage te plakken. Ik had verwacht dat ik hierop misschien een paar ’welkom’-mailtjes terug zou krijgen. Maar tot mijn verbazing werd ik door de meerderheid van de OchtendMensen gelijk teruggemaild met de vraag wanneer we ’digitaal zouden koffie drinken’. Iedere week leer ik zo weer een paar OchtendMensen beter kennen.

Digitaal starten bij je opdrachtgever

Dan is er nog het tweede deel van digitaal starten’: starten bij je opdrachtgever. Voor mij was het voordat ik in dienst kwam al duidelijk dat mijn eerste opdracht bij de GGD Hollands Midden zou zijn, binnen het team Coronabestrijding. Gelukkig voor mij had mijn OchtendMensen-collega Fenna bij deze opdrachtgever al een soortgelijke opdracht gedaan. Zij kon mij aardig op weg helpen met wie ik allemaal het beste zo snel mogelijk kennis kon gaan maken bij mijn opdrachtgever.

Als je een beetje wegwijs bent binnen de organisatie – en dit kan best even duren – komen de taken die je leuk vindt of die jou goed liggen vanzelf op je af. Zo begon ik als secretaris. Maar in anderhalve maand is mijn mijn rol bijgesteld en heb ik nu een groot aandeel in de strategie, planning en capaciteit rondom het vaccinatieproces. Ik merkte dat er vraag was naar iemand die deze rol kon oppakken, en dat ik mijzelf daarin wel zag werken. Ik heb dit bij mijn manager bij OchtendMensen aangekaart. Samen hebben we gekeken of er een andere OchtendMensen-adviseur was die mijn rol als secretaris bij de GGD Hollands Midden zou kunnen overnemen, omdat daar ook nog veel te doen was!

Inmiddels loop ik al bijna anderhalve maand met veel plezier bij de GGD rond. Ik zit nu éénmaal per week op de GGD-locatie in Gouda voor een aantal strategische overleggen. Het is fijn om deze strategische overleggen wel live te kunnen doen. De rest van de tijd werk ik vanuit huis, en soms met een goede reden met een klein groepje en ruim anderhalve meter afstand een dag op het OchtendMensen-kantoor in Amersfoort. Wat mij betreft een fijne verhouding die prima werkt!

Wil je meer weten over solliciteren of werken bij OchtendMensen, neem dan contact met mij op. En meer over solliciteren of je inschrijven voor onze inhousedag lees je hier.

Vind je het interessant om te weten hoe je het beste digitaal kunt solliciteren? Dit kan je lezen in deze blog van mijn OchtendMensen-collega Yasmine Sengonul.

"Een goede start bij je nieuwe werkgever in Corona-tijd? OchtendMensen laat zien dat dat prima kan!"

Philip Oomkens - Adviseur OchtendMensen

OchtendMensen verbreden hun blik – Kernenergie als onderdeel van de energiemix

Kernenergie als onderdeel van de energiemix OchtendMensen

OchtendMensen zijn niet alleen bezig met het verdiepen en verbreden van hun theoretische kennis. Wij leren ook graag in de praktijk. Daarom zijn wij het fenomeen ‘Ontbijtpraktijken’ gestart! Hierbij nodigen wij professionals uit om hun kennis en ervaring met ons te delen. Wat komen professionals tegen in hun vraagstukken? En welke rollen pakken zij op? Wat zijn hun nieuwe inzichten?

Tweede Kamerverkiezingen: Over kernenergie zijn de meningen verdeeld

Kernenergie staat hoog op de agenda van de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021. Het is een thema waarover de meningen aanzienlijk verschillen. GroenLinks en PvdA zeggen dat een nieuwe kerncentrale ons te laat van energie zal voorzien, te duur is en willen de problemen rondom radioactief afval niet doorschuiven naar volgende generaties. VVD, CDA, PVV en FvD daarentegen geven aan dat kernenergie een noodzakelijke CO2-arme energiebron is voor de periode na 2030, vanwege onder andere de seizoens- en weersonafhankelijkheid. Wie heeft er gelijk? Is het rendabel om te investeren in kernenergie? Wat zijn de veiligheidsrisico’s van een kerncentrale? En wat doen we met het kernafval dat ontstaat?

OchtendMensen had Aad Sedee te gast, en ging met hem in gesprek over kernenergie. Als beleidsmedewerker bij de DG Klimaat en Energie (Ministerie EZK) is Aad nauw betrokken bij kernenergie. Als ‘insider’ deelt hij graag zijn kennis met ons, zodat wij ons blikveld kunnen verbreden.

“Kernenergie is niet dé oplossing, maar het kan wel onderdeel zijn van de energiemix. Overweeg kernenergie daarom als serieuze optie en veeg het niet meteen van tafel.”

Aad Sedee - Beleidsmedewerker DG Klimaat en Energie Ministerie EZK

Bezwaren tegen kernenergie achterhaald

Aad begon zijn verhaal met de oude bezwaren tegen kernenergie. In de jaren ’80 vond men onder andere de veiligheidsrisico’s van kernenergie groot en ging men slordig om met kernafval. Inmiddels is dit veranderd en zijn deze bezwaren grotendeels verleden tijd. De hardnekkige beelden uit de vorige eeuw ziet Aad echter nog steeds terug in de media.

De kernrampen in Fukushima en Tsjernobyl staan nog op ieders netvlies. Met behulp van onderzoeksresultaten geeft Aad aan dat het aantal dodelijke slachtoffers per Terawattuur aanzienlijk kleiner is dan het aantal slachtoffers als gevolg van het opwekken van steenkool, olie en aardgas. Ook de bezwaren ten aanzien van het opslaan van kernafval noemt hij achterhaald. Kernafval zou volgens sommigen nog honderdduizenden jaren gevaarlijk zijn. Voor radioactief afval uit een kerncentrale klopt dit echter niet. Ook bestaan er inmiddels goede methodes om het kernafval diep onder de grond op te slaan, in bijvoorbeeld kleilagen. Een eindberging wordt nu in Finland en Zweden gebouwd.

Kernenergie in verhouding tot zonne- en windenergie

Dat de bouw van een nieuwe kerncentrale veel te duur is, lezen we veel terug. Ook hier mist een deel van het verhaal. Verschillende studies laten namelijk zien dat kernenergie een kosteneffectieve optie kan zijn voor de periode na 2030. De bouwkosten van een kerncentrale zijn weliswaar hoog, maar vanwege de lage operationele kosten en de lange levensduur kan de business-case op termijn positief zijn. Belangrijk hierbij is dat dan wel wordt aangesloten bij seriebouw (bouw niet de ‘first of a kind’) en dat de juiste beleidskeuzes gemaakt worden.

In de huidige situatie met zonne- en windenergie worden de systeemkosten door TenneT verhaald op de consument en niet op de producent. Denk aan aansluitkosten, kosten voor de netverzwaring en de kosten voor het opvangen van de pieken en dalen in de productie van zonne- en windenergie. Zeker voor zonne- en windenergie geldt dat we voor het opwekken van energie sterk afhankelijk zijn van het seizoen en het weer.

Door het regelbare vermogen en de leveringszekerheid van een kerncentrale kunnen situaties zoals in Texas – waarbij een groot deel van de bevolking dagen lang zonder elektriciteit in de vrieskou zat – voorkomen worden.

Ter illustratie stelt Aad dat de kosten van kernenergie ten opzichte van zonne- en windenergie zich verhouden als de kosten van de hogesnelheidslijn ten opzichte van vliegen. Zonne- en windenergie worden gestimuleerd met miljarden aan subsidies en de systeemkosten worden verhaald op de consument. Ook heeft zonne- en windenergie voorrang met leveren. Dit beleid is een keuze, maar heeft wel gevolgen voor producenten van andere elektriciteit. De concurrentiepositie wordt hierdoor aangetast. Ditzelfde zien we terug in de luchtvaart. De luchtvaart krijgt subsidies. Luchtvaartmaatschappijen betalen geen accijns op kerosine, geen btw op vliegtickets en betalen geen CO2-heffing. Om van Amsterdam naar Parijs te komen, ben je door deze voordelen goedkoper uit met het vliegtuig dan de trein.

Kernenergie: neem het mee als optie!

Al met al pleit Aad niet dat kernenergie dé oplossing is. Wel geeft hij aan dat kernenergie onderdeel kan zijn van de energiemix in de toekomst en dat hierover gepraat moet worden. Doe dit met de juiste kennis aan tafel en met het oog op leveringszekerheid. CO2-arme bronnen als zonne- en windenergie en kernenergie zijn geen concurrenten van elkaar, maar complementair.

Onze Ontbijtpraktijk met Aad heeft ons als OchtendMensen doen inzien dat de hardnekkige beelden uit de jaren ‘80 verleden tijd zijn, en dat het onderwerp kernenergie niet meteen van tafel geschoven moet worden. De business-case van kernenergie wordt sterk beïnvloed door de keuzes die de politiek maakt.

Het politieke spel rond kernenergie

Maar hoe maakt de politiek een keuze over kernenergie? Door als OchtendMensen veel opdrachten te doen binnen het publieke domein krijgen wij regelmatig te maken met het politieke spel. Draagvlak speelt hierin een grote rol; zonder achterban ben je immer nergens. Door negatieve beelden uit de jaren ’80 hebben partijen lange tijd hun vingers niet aan kernenergie willen branden. Kernenergie stond op het taboe-lijstje. De discussie over de juiste energiemix kan echter pas plaatsvinden als we het er over durven te hebben en we de juiste feiten kennen. Gelukkig wordt hier momenteel gehoor aan gegeven en staat in bijna elke partijprogramma een standpunt over kernenergie!

Wat doen OchtendMensen op het gebied van energie en duurzaamheid

Het was voor ons een leerzame Ontbijtpraktijk die smaakt naar meer! Lees hier meer over waar OchtendMensen aan werkt op energie- en duurzaamheidsgebied. En wil je reageren of heb je een vraag, dan gaat OchtendMensen-adviseur en auteur van dit artikel Laura Smid graag met je in gesprek.

Tien tips voor de planeet én je bankrekening – Wat doet een adviseur Energie & Duurzaamheid van OchtendMensen

Alice Vogel Adviseur Energie & Duurzaamheid OchtendMensen TwynstraGudde

Duurzaamheid wordt een steeds groter en belangrijker thema. Alice Vogel werkt sinds een jaar bij OchtendMensen als adviseur. En ook bij OchtendMensen speelt het thema Energie & Duurzaamheid een steeds grotere rol. In deze blog vertelt ze je meer over haar opdracht als projectleider ’Energiebesparing bedrijven en maatschappelijke organisaties’ bij de provincie Utrecht. En ze neemt je mee in hoe energiebesparing ook in haar werkzaamheden binnen OchtendMensen een rol speelt. Tot slot krijg je tien handige tips voor het besparen van energie en geld van haar kado!  

Duurzaam zijn moet je zelf doen

In mijn studententijd maakte ik mij voor de zoveelste keer boos over dat het in de politiek niet opschiet met verduurzaming. Toen dacht ik: als ik het een ander kwalijk neem, moet ik zelf meer doen dan alleen mijn eigen leefstijl zo duurzaam mogelijk maken. En dus startte ik met vrijwilligerswerk als Energiecoach, waarbij ik met bespaarproducten op zak advies gaf over energiebesparing aan de inwoners van Amsterdam.  

Na het afronden van mijn master Bestuurskunde zocht ik naar een baan waar ik dagelijks bezig kon zijn met de maatschappelijke vraagstukken rondom duurzaamheid. Al snel vond ik mijn plek bij OchtendMensen, de jongtalententak van organisatieadviesbureau TwynstraGudde. Als adviseur bij OchtendMensen volg je een driejarig leer-werktraject waarbij je de kans krijgt in verschillende rollen bij verschillende organisaties maatschappelijke impact te maken. Zelf werk ik specifiek aan en leer ik over het thema Energie & Duurzaamheid; zowel bij onze opdrachtgevers als binnen OchtendMensen.

Energiebesparing bij de provincie Utrecht

Na vanuit OchtendMensen een jaar lang gewerkt te hebben aan het verduurzamen van Neerlands’ jongste stad Almere, doe ik nu een opdracht bij de provincie Utrecht als projectleider ‘Energiebesparing bedrijven en maatschappelijke organisaties’. In die rol werk ik aan twee thema’s: het ontwikkelen van stimuleringsmaatregelen voor besparing bij bedrijven, en  een ondersteuningsaanpak voor de verduurzaming van zwembaden en sporthallen.  

Daarbij komt veel kijken waar ik nog niet eerder over had nagedacht. Hoe ga je bijvoorbeeld om met de kosten van verduurzaming wanneer de instantie die de maatregelen toepast een andere is dan de instantie die de energierekening betaalt? En op welke vlakken van stimulering kan de provincie een rol spelen?

Met een uitgebreide inventarisatie bij gemeenten, andere provincies en bedrijven die ondersteunen bij verduurzaming, hoop ik tot het antwoord op die vragen te komen. En ondertussen grijp ik de kansen die ik zie om alvast te starten met energiebesparing met beide handen aan. Zo ontwikkel ik momenteel een training voor accountmanagers bij Utrechtse gemeenten om bedrijven beter te kunnen adviseren over energiebesparing.

Energiebesparing en duurzaamheid binnen OchtendMensen

Ook binnen OchtendMensen werk ik continu aan het thema duurzaamheid. Zo ben ik de coördinator van onze marktgroep Energie & Duurzaamheid. Een goede reden om bij alles dat er speelt binnen deze marktgroep aangehaakt te zijn: van kennissessies tot communicatie tot de samenwerking met TwynstraGudde op het thema Energietransitie.

Daarnaast vorm ik met drie andere OchtendMensen het Campagneteam Duurzaamheid. Met dit Campagneteam zetten we ons met (ludieke) acties in voor bewustwording en maatschappelijke impact van onze collega’s op het thema duurzaamheid. Ook werken we aan de verduurzaming van de bedrijfsvoering van OchtendMensen. Zo zijn alle maaltijden die vanuit OchtendMensen worden geregeld bijvoorbeeld alleen vegetarisch.

Mijn eerder opgedane kennis als energiecoach komt weer goed van pas! Om in verbinding te blijven met mijn OchtendMensen-collega’s tijdens het thuiswerken en hen tegelijkertijd bewust te maken van de mogelijkheden voor energiebesparing, zijn we (toen dat nog mocht) in energiecoach-duo’s met bespaarproducten en een achterzak vol met tips bij collega’s thuis langsgegaan. Zo hebben we als Campagneteam zélfs tijdens de ijspret van een aantal weken geleden de energierekening van onze collega’s lager gekregen!

"Ben jij benieuwd naar hoe jij kunt besparen op energie en je portemonnee? Hieronder lees je de tips waar mijn OchtendMensen-collega’s het meest aan hebben gehad."

Alice Vogel - Adviseur Energie & Duurzaamheid OchtendMensen

Tien besparingstips

Stookgedrag is bepalend voor je energieverbruik. Maar liefst (gemiddeld) 55% van je energieverbruik bestaat uit verwarmen. Daarom gaan de eerste vier tips daarover.

1. Het meest voor de hand liggend, maar daarmee niet minder waar: zet je verwarming een graadje lager. Eén graad scheelt je gemiddeld € 80 à 100 per jaar.

2. Zet je verwarming ‘s avonds eerder naar beneden, bijvoorbeeld na het avondeten. Het blijft nog wel even warm in je huis, en het scheelt al snel een paar uur stoken per dag.

3. Lucht je woning elke dag tien tot vijftien minuten! Dat klinkt gek in de winter, maar er ontstaat gemiddeld 10 tot 15 liter vocht per dag in je huis, door douchen, koken, wassen, ademen, etc. Vochtige lucht warmt minder snel op, dus met goed ventileren stook je uiteindelijk minder. Mijn tip: doe het als je thuiskomt van boodschappen doen, dan ben je toch in beweging.  

4. Verwarm efficiënter. Hang dikke gordijnen op (maar niet over je radiatoren), bevestig radiatorfolie (check hier als je het effect daarvan wil zien), en ga voor tochtstrips als je luchtstroompjes hebt bij ramen en deuren. Toen ik als energiecoach bij Amsterdamse bewoners langsging, was radiatorfolie bij de meeste bezoeken de gadget waar de grootste besparing mee kon worden bereikt.

5. Voor de echte doorzetters: Zet je HR-ketel op de ecostand in plaats van op de gebruikelijke comfortstand. Het gas springt dan alleen aan als er vraag is naar warm water. Bij de comfortstand wordt de warmtewisselaar 24/7 warm gehouden. Nadeel: Het duurt iets langer voor je water warm is. Maar probeer het vooral, want het scheelt veel in verbruik.

6. Na verwarmen is warm water je grootste ‘kostenpost’. Structureel vijf minuten douchen in plaats van de gemiddelde negen minuten scheelt veel. Als elke Nederlander voortaan 5 minuten doucht, besparen we ieder jaar 120 miljoen m3 water en 720 miljoen m3 aardgas. Dat is een besparing van  600 miljoen euro!

7. Was met een volle trommel en op 30 à 40 graden. Maar, minimaal eens per maand op 60 graden wassen is goed voor de levensduur van je wasmachine. Dus dat is óók duurzaam. Je was hangend drogen scheelt veel kosten ten opzichte van het gebruik van de droger.

8. Gebruik stand-by killers. Wat dat is? Nou, van die stekkerblokken met een aan-/uitschakelaar. Heel handig voor bijvoorbeeld je werkplek, keukenapparatuur of bij de televisie. In één tik alles uit.

9. Ontdooi je ijskast en vriezer regelmatig. En zet je ijskast en vriezer tien centimer van de muur, en niet naast warme apparaten. Weetje: Een klein ijslaagje van twee mm zorgt al voor een extra energieverbruik van 10%.

10. Vervang die laatste spaarlampen/halogeenlampen/gloeilampen. Led is niet alleen zuiniger, maar ook goedkoper. Na 15 jaar kost een ledlamp (elektriciteit plus aanschaf lamp) 14 euro. Over een periode van 15 jaar kost een  halogeenlamp 65 euro en een gloeilamp 85 euro.

Ben jij nieuwsgierig naar OchtendMensen en wil je meer weten over het sollicitatieproces, neem dan graag contact op met mij of één van mijn collega’s!  Of meld je aan voor één van onze digitale inhousedagen. En wil je daarna solliciteren? Dat kan hier.

Hoe weet je welke gezondheids-apps ècht werken? – In gesprek met de innovatie-managers van de GGD Appstore

Melodi Dekker Adviseur Zorg & Gezondheid OchtendMensen

Van stappentellers tot mindfulness coaches. En van apps die je helpen te stoppen met roken tot aan de welbekende Coronamelder. Het aanbod aan apps die gezond gedrag stimuleren lijkt eindeloos.

Hoe weet je of de gezondheids-apps die je gebruikt van goede kwaliteit zijn? Zijn de gezondheids-apps voldoende effectief en betrouwbaar? Zijn er misschien andere handige apps die je kunnen helpen om fitter en gezonder te worden? De GGD Appstore biedt een overzicht van gezondheids-apps en websites die door GGD-professionals zijn beoordeeld op een selectie van toetsingscriteria. Voor dit initiatief hebben professionals van maar liefst 25 GGD-en en GGD GHOR Nederland de handen inéén geslagen.

OchtendMensen-adviseur Melodi Dekker sprak met Petra van Tiggelen en Monique Westerlaken –  de kartrekkers van de GGD Appstore – over Slimme Zorg en de totstandkoming van de GGD Appstore.

De kartrekkers van de GGD Appstore stellen zich voor

Monique Westerlaken (foto hieronder) is innovatiemanager bij GGD Regio Utrecht en zoekt continu kansen voor innovatie bij de GGD. Petra van Tiggelen is innovatiemanager bij de GGD Amsterdam en stuurt onder andere enkele landelijke e-public-healthdiensten aan.

Zowel Monique als Petra raakten enkele jaren geleden geïnteresseerd in de Quantified Self-beweging. Quantified Self is een beweging die, door middel van technologie, informatie over jezelf (o.a. aantal stappen, calorieverbranding en hartslag) in kaart brent. Dit geeft vervolgens inzicht in hoe je gezonder, slimmer, fitter en gelukkiger kunt worden.

“Het is een taak van de GGD om uitgekristalliseerd advies te geven over de kwaliteit van gezondheids-apps. De GGD doet dat via de GGD Appstore.”

Petra en Monique zijn beiden aangesloten bij het innovatienetwerk van de GGD. Hoewel de GGD zelf allerlei websites en apps begon te ontwikkelen, leken de GGD’en zelf – die juist zo voor preventie en publieke gezondheid staan – geen mening te hebben over gezondheidsapps. Dit verwonderde Petra en Monique, en zette hen aan om mensen te informeren over goede, betrouwbare en handige gezondheidsapps. Petra en Monique zien het als taak van de GGD om een uitgekristalliseerd advies te geven over de kwaliteit van gezondheids-apps.

Waarom is de GGD Appstore opgericht?

Petra: “We merkten dat burgers het een uitdaging vonden om gezondheids-apps te beoordelen op kwaliteit. Hierin misten we een ‘toezichthouder’, en een keurmerk voor apps.” De drijfveer is dan ook om – door middel van onderzoek – advies te kunnen geven over handige en goede apps die mensen kunnen gebruiken om hun zelfredzaamheid en autonomie te vergroten. De visie van de GGD Appstore is dan ook dat burgers ’tools’ moeten krijgen om de regie te voeren op hun eigen gezondheid. Zo werd de GGD AppStore pionier in Nederland.

Een andere drijfveer voor de ontwikkeling van de GGD-appstore en de achterliggende testmethoden is vernieuwing en versnelling binnen de GGD. Gezondheids-apps moeten op een ‘snelle’ manier onderzocht worden op effectiviteit. Hiervoor zijn nieuwe onderzoeksmethoden nodig, anders dan ‘klassieke’ Randomised Controlled Trials die vaak lang duren. “Dit betekent dat we collectieve preventie niet moeten zien als iets wat altijd groepsgewijs plaatsvindt. Collectieve preventie kan óók op individueel niveau gebeuren”, legt Petra uit.

Over welke gezondheids- en leefstijl-apps gaat het in de GGD Appstore?

Petra: “De apps in de GGD Appstore zijn gericht op zelfmanagement en leefstijl, en de focus op publieke gezondheid is hun ‘unique selling point’.” De GGD AppStore blijft hiermee weg van apps die als medisch hulpmiddel bestempeld kunnen worden. App-ontwikkelaars kunnen hun app aanmelden bij de GGD om beoordeeld te worden. Verder kijkt de GGD, bij de selectie van gezondheids-apps, ook naar wat er actueel speelt. De Coronamelder is hier een goed voorbeeld van. Monique voegt toe: “Onder thuiswerkers schijnt de waterdrink-app in trek te zijn!”

Wat zijn toetsingscriteria van de GGD voor gezondheids-apps

De GGD Appstore beoordeelt de apps op betrouwbaarheid, onderbouwing, gebruiksvriendelijkheid en privacy. Welk gedragsinterventie, zoals op een gezond gewicht komen, snijdt de app aan en zijn deze bewezen effectief? En klopt de gegeven informatie?

Petra vertelt: “Ooit kwamen we als GGD AppStore op het spoor van een anatomie-app. Deze app zat heel strak in elkaar en zag er prachtig uit, maar gaf foute informatie over de anatomie. Er klopte niets van!” Deze toetsingskaders evolueren, omdat gesprekken met stakeholders en aanvullend onderzoek uitwijzen dat je ook andere relevante criteria kunt meenemen. Zo werkt de GGD Appstore samen met Pharos om de GGD Appstore toegankelijk te maken voor laaggeletterden.

"De gezondheids-apps in de GGD Appstore zijn gericht op zelfmanagement en leefstijl, en hebben hun focus op publieke gezondheid. De GGD beoordeelt de gezondheids-apps op betrouwbaarheid, onderbouwing, gebruiksvriendelijkheid en privacy."

Petra van Tiggelen - Kartrekker GGD Appstore en Innovatiemanager GGD Amsterdam

Hoe reageert het zorg-veld op de GGD Appstore? En met wie werkt de GGD Appstore samen?

Om haar doelen te realiseren, werkt de GGD samen met ketenpartners en relevante kennisinstituten, zoals Pharos, Institute for Positive Health, RIVM, NeLL kanker.nl, GGZ en hogescholen. Dit veld van ketenpartners en kennisinstituten reageert enthousiast op de komst van de GGD Appstore. Organisaties uit het veld maken zelfs promotie voor de GGD Appstore. Beroepsgroepen zijn actief bezig om de juiste apps te zoeken en verrijken daarmee het werk van de GGD Appstore.

De samenwerking met zorgverleners uit de eerstelijnszorg zoals ‘Lekker in je vel Amsterdam’ is nodig om de gezondheidsapps dichter bij de burger te brengen. “De adoptie en het echte gebruik van leefstijl-apps winnen aan waarde als de zorgprofessional het onder de aandacht van de burger brengt”, legt Petra uit. “Het ‘winkeltje’ op zich is niet zo belangrijk, zolang het maar onder de aandacht van de burger wordt gebracht.”

“De relevantie van eHealth is door de Coronacrisis versneld bewezen. De adoptie en het gebruik van leefstijl-apps winnen aan waarde als de zorgprofessional het onder de aandacht van de burger brengt.”

Gelukkig weten de zorgverleners de weg naar de GGD Appstore steeds beter te vinden. Zorgverleners zijn van oorsprong niet de meest vooruitstrevende doelgroep die eHealth-apps omarmt. Echter, de relevantie van eHealth is door de Coronacrisis versneld bewezen. Hierin wordt opgemerkt dat de paramedische sector – zoals fysiotherapeuten en voedingsdeskundigen – wat verder is in het gebruiken en promoten van leefstijl-apps. Medische apps moeten vooral in het medische domein blijven; al is dit wel een grijs gebied.

Wat is de grootste uitdaging voor de ontwikkeling van de GGD Appstore?

Op Europees niveau worden er beoordelingscriteria ontwikkeld voor het toetsen van gezondheids-apps. Het Nederlandse toetsingskader maakt integraal deel uit van de Europese toetsingskader. De uitdaging zit vooral in de organisatie van de samenwerking tussen verschillende partijen om tot een landelijk normeringsstelsel te komen. Het is mooi als een nationale gezondheidsapps-bibliotheek opgezet kan worden. Zie het als een soort energielabel: verschillende invalshoeken zijn nodig om de toetsingscriteria aan te scherpen. De GGD staat aan de lat om publieke gezondheid te borgen in welk toetsingskader dan ook.

Wat betekent Slimme Zorg voor de kartrekkers van de GGD Appstore?

Monique: “Slimme Zorg betekent voor mij het gebruik maken van de mogelijkheden die er al zijn. Mensen motiveren tot gezond gedrag kan heel goed door het gebruiken van een app. De community-werking zou je ook kunnen automatiseren: met zijn allen meedoen aan Dry January en elkaar motiveren bijvoorbeeld.” Petra voegt daaraan toe: “Slimme Zorg betekent ook: meer durven loslaten dat alles voor iedereen hetzelfde is, en advies en zorg op maat geven. Betrek burgers en cliënten veel meer in de ontwikkeling van apps, en ga na wat voor effect de app heeft op hun specifieke situatie: heeft het wel effect op hun situatie? Steek veel energie in preventie en leefstijl, en kijk vooral wat past bij de burger.”

Hoe helpen OchtendMensen zorgtechnologie dichter bij de patiënt te brengen?

Ook bij OchtendMensen houden wij ons in onze opdrachten bezig met het door de patiënt meer regie laten nemen over hun eigen gezondheid door hen inzicht te laten geven in hun medische gegevens.

Zo vult OchtendMensen-adviseur Anne Goossens de rol van programmasecretaris in bij het versnellingsprogramma OPEN. OPEN is een door de overheid opgezet programma met als doel huisartsen te ondersteunen bij het veilig online delen van medische gegevens met hun patiënt.

Meer over digitale innovaties in de zorg lees je op de themapagina op onze website. En wij vertellen je graag wat OchtendMensen nog meer doet in de Zorg & Gezondheid.

Het stimuleren van informatie-uitwisseling tussen patiënt en professional in de huisartsenzorg

Digitalisering van de zorg OchtendMensen

Gezondheidsmonitoring krijgt een steeds prominentere rol in ons leven. We delen regelmatig onze sportprestaties met elkaar en vinden dit al heel normaal. Het is echter nog minder gebruikelijk om ‘even snel’ onze medische gegevens in te zien. Veel mensen kunnen profijt hebben van de eigen gegevens inzien om ‘het moeilijke gesprek met de arts nog eens terug te lezen’ of om meer regie te nemen op het eigen zorgproces. De drempel om bijvoorbeeld je eigen ziekenhuis- of huisartsgegevens in te zien, wordt wel steeds lager. Het OPEN-programma werkt, met ondersteuning van OchtendMensen, aan het verlagen van de drempel voor informatie-uitwisseling tussen patiënt en professional.

Wat is het OPEN-programma?

OPEN is onderdeel van het Versnellingsprogramma Informatie-uitwisseling Patiënt en Professional (VIPP) van het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS). Dit versnellingsprogramma moeten ervoor zorgen dat er op een gestandaardiseerde en veilige manier informatie digitaal uitgewisseld kan worden met de patiënt. OPEN draagt hier aan bij door huisartsen en huisartsenorganisaties te helpen om online inzage voor patiënten mogelijk te maken. Het zorgt voor landelijke afstemming van de ICT-aanpassingen in de huisartsinformatiesystemen. En het biedt huisartsen, praktijkassistenten en praktijkondersteunde huisartsen scholingsmogelijkheden en informatiemateriaal om patiënten voor te lichten.

“Op een gestandaardiseerde en veilige manier informatie digitaal uitwisselen met de patiënt.”

Bijna alle huisartsenpraktijken in Nederland doen mee aan dit programma. Het is een uitdaging om deze allemaal te scholen en van de juiste informatie te voorzien. Dit gebeurt dan ook in samenwerking met regionale coalities. Voor het technisch mogelijk maken van de overdracht krijgt OPEN hulp van Stichting LEGIO.

Wat doet de Stichting LEGIO?

De Stichting LEGIO is opgericht door de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV), Ineen, het Nederlands Huisartsengenootschap (NHG), en NedHIS. De Stichting LEGIO organiseert het gezamenlijk overleg tussen de leden van de gebruikersorganisaties om de behoeften binnen de eerstelijnszorg te inventariseren voor het aanpassen van de informatiesystemen. Dit overleg resulteert in een programma van eisen aan de ICT-leveranciers. Dit doet LEGIO ook namens het OPEN-programma. Deze (technische) eisen worden opgesteld in overleg met alle belanghebbenden waar het gaat om een gestandaardiseerde en veilige manier van informatie digitaal uitwisselen tussen patiënt en professional. Bij LEGIO worden al deze belangen bijeen gebracht en omgezet in nuttige en meetbare eisen die zoveel mogelijk gestandaardiseerd zijn. De ICT-leveranciers bouwen deze eisen vervolgens in hun Huisartsen Informatie Systemen (HIS). Wanneer deze ingebouwd zijn en een juiste aansluiting is gemaakt richting de patiënt via een portaal of persoonlijke gezondheidsomgeving (PGO), kan de huisarts er mee gaan werken. Wel volgt de huisarts eerst een scholing (via OPEN) om te weten hoe met de HIS gewerkt dient te worden.

"Het versnellen van informatie-uitwisseling tussen patiënt en professional speelt zich af in een ingewikkeld speelveld. Het is een grote organisatorische opgave met veel afstemming tussen betrokken partijen en complexe planningen. Dit vraagt veel organisatiekracht waar OchtendMensen in bijdraagt."

Anne Goossens - Adviseur Zorg & Gezondheid OchtendMensen

De uitdaging bij complexe ICT(-programma’s) voor de zorg

De grootste uitdaging bij complexe ICT-programma’s is het verbinden van meerdere systemen aan elkaar, zoals dat ook bij OPEN gebeurt. Dit kan behaald worden door eenduidigheid in het vijflagenmodel van NICTIZ te organiseren. Hierbij wordt er wel vanuit gegaan dat de ICT-architectuur van de betrokken organisaties op orde is. De vijf lagen waar overeenstemming over moet komen, zijn ‘beleid’, ‘samenwerking’ (proces), ‘de informatie die uitgewisseld moet worden’, ‘koppelen van applicaties’ en ‘infrastructuur’.

Programma’s zoals OPEN (in samenwerking met LEGIO) werken om overeenstemming te krijgen tussen voornoemde vijf onderdelen met verschillende partijen. Zo zijn er een aantal partijen betrokken op bestuurlijk niveau, het niveau van het zorgproces en het informatieniveau, wanneer we het NICTIZ-model volgen. Dit zijn VWS, NHG, LHV, Ineen, NICTIZ, MedMij, Logius, NedHis en VZVZ. Op het niveau van applicatie en het niveau van infrastructuur zijn dit weer andere partijen, zoals leveranciers, Persoonlijke Gezondheidsomgevingen (PGO), en dienstverlenende zorgaanbieders (DVZA). Ook hebben de regionale coalities en de huisartsen een belangrijke rol, omdat zij uiteindelijk moeten gaan werken met de aanpassingen in de nieuwe systemen. Aanvullend komt de patiënt – pas later in het proces – in beeld.

Kortom, een doel en programma met een complex speelveld van belangen, processen, informatie, applicaties en infrastructuur. Het NICTIZ-model streeft naar interoperabiliteit tussen deze lagen met twee of meerdere partijen. Wanneer er meerdere partijen betrokken zijn, zoals het voorbeeld schetst, wordt overeenstemming ingewikkeld. Met meer dan 12 partijen betrokken en verdeeld over verschillende niveaus is interoperabiliteit een grote uitdaging.

Op welke manier helpt OchtendMensen bij het versnellen van informatie-uitwisseling tussen patiënt en professional

Het versnellen van informatie-uitwisseling tussen patiënt en professional speelt zich af binnen een ingewikkeld speelveld tussen patiënt, professional, ICT, leveranciers, belangenvereniging en het ministerie. Het is een grote organisatorische opgave met veel afstemming tussen betrokken partijen en complexe planningen. Dit vraagt veel organisatiekracht.

OchtendMensen draagt bij aan deze organisatiekracht bij het programma OPEN en de Stichting LEGIO om informatie-uitwisseling mogelijk maken.

OchtendMensen-adviseur Anne Goossens werkzaam als programmasecretaris bij OPEN. Bij de Stichting LEGIO is OchtendMensen-adviseur Chris van der Sluijs werkzaam als secretaris.

Daarnaast nodigt OchtendMensen regelmatig experts uit het veld uit om in een masterclass in gesprek te gaan en mee te denken over hun complexe vraagstukken. Op deze manier helpen we zorgprofessionals en zorgorganisaties om verder te komen. En leren wij als OchtendMensen van de laatste ontwikkelingen in het zorgveld.

Meer over digitale innovaties in de zorg lees je op de themapagina op onze website. En wij vertellen je graag wat OchtendMensen nog meer doet in de Zorg & Gezondheid.

Over Slimme Zorg en het ‘ontzorgen’ van de zorg – In gesprek met Jeroen van der Heijden van FocusCura

Melodi Dekker Adviseur Zorg & Gezondheid OchtendMensen TwynstraGudde

De laatste week van de OchtendMensen Slimme Zorg-estafette staat in het teken van persoonlijke gezondheids- en zorgmonitoring die zorg op afstand mogelijk maken.

FocusCura is de Nederlandse marktleider op het gebied van zorginnovaties thuis – zorg op afstand – en heeft al 17 jaar als missie om technologie van waarde te maken voor de zorg, met als doel mensen langer zelfstandig te laten leven. Hiervoor pakt FocusCura de regierol en werken zij samen met o.a. zorgverleners, cliënten, zorgverzekeraars en softwareontwikkelaars.

OchtendMensen-adviseur Melodi Dekker (foto boven) sprak met Jeroen van der Heijden – één van de mensen van het eerste uur van FocusCura – over slimme zorg en de kansen en uitdagingen die hiermee gepaard gaan.

Even voorstellen: Jeroen van der Heijden van FocusCura

Al bijna 30 jaar is Jeroen van der Heijden geboeid door zorginnovaties. Deze zorgsector was geen bewuste keuze voor hem, maar er was wel een directe aanleiding dat ‘het kwartje viel’. Ineens realiseerde hij zich wat technologie voor hulpbehoevende mensen kan betekenen. “Ik was nog maar net gestart bij een fabrikant van personenalarmering, toen mijn oma van de trap viel, haar heup brak en geen kant meer op kon. Vervolgens moest ze 13 uur wachten tot er hulp kwam. Direct realiseerde ik me dat als ze een alarmzender had gedragen, ze niet zo lang had hoeven wachten. En dat wachten was haar grootste trauma, meer nog dan de breuk.”

Jeroen ging vanaf dat moment op een persoonlijke missie. Hij nam zich voor om zoveel mogelijk mensen zo lang mogelijk thuis te laten leven door zorgtechnologie. Ook zijn oma kreeg een personenalarmering. Toch zag Jeroen dat je er alleen met slimme technologie nog niet bent. De totaaldienst maakt namelijk het verschil. Juist de combinatie met beheer, implementatie, deskundige alarmafhandeling, uitstekende service en ontzorging voor de zorgverleners (die onder druk staan) krijgt innovatie van de grond.

"Mijn voornemen is om zoveel mogelijk mensen zo lang mogelijk thuis te laten leven door slimme zorgtechnologie."

Jeroen van der Heijden - FocusCura

Met deze gedachte kwam Jeroen in 2005 in contact met Daan Dohmen, die net FocusCura was gestart. Daan had FocusCura opgericht vanuit de gedachte dat de technologie er ‘gewoon’ al is en zich in razendsnel tempo ontwikkelt. Hier zorgen namelijk allerlei wereldspelers al voor. Maar hoe maak je deze technologie ook van waarde voor de zorg? Twee zielen, één gedachte. Jeroen werd al snel de eerste leverancier voor personenalarmering van FocusCura en sinds 2008 is hij ook onderdeel van FocusCura.

Wat betekent Slimme Zorg voor jou?

Jeroen: “Slimme Zorg betekent voor mij dat we technologie en zorg niet meer als twee losse onderdelen van elkaar zien, maar dat gebruik van technologie inherent is aan hoe we zorg leveren. Slimme Zorg zit hem dus in hoe je digitale innovatie binnen die zorg gaat organiseren.” Door de uitdagingen waar we in het zorglandschap tegenaan lopen, zoals personeelstekorten en vergrijzing, is er volgens Jeroen eigenlijk maar één weg te gaan: digitale innovatie standaard onderdeel laten uitmaken van het zorgproces.  

Hoe kan technologie van meerwaarde zijn voor zorgverlening?

Voor een groot deel heeft de tijd zijn werk gedaan. Het wordt voor iedereen steeds eenvoudiger en normaler om technologie te gebruiken. Daarnaast merkt Jeroen op: “De laatste jaren zien we een grote verschuiving in hoe cliënten aankijken tegen het gebruik van technologie voor het ontvangen van zorg. Cliënten zien steeds meer de voordelen van zorg op afstand.” Zo maakt een slimme medicatiedispenser het mogelijk dat cliënten, na een herinnering, zélf hun medicatie kunnen innemen. Ze zijn dan minder afhankelijk van hun zorgverleners, die de medicatie op afspraak en vaak handmatig moesten aanreiken. Dit leidt in de praktijk tot veel meer onafhankelijkheid voor cliënten. Ook voor de therapietrouw en de gezondheid van de cliënt is het beter, want de medicatie wordt op deze wijze altijd tijdig ingenomen.

“Door het automatiseren van bepaalde handelingen heeft de zorgverlener meer tijd voor de cliënt. Dit betekent: persoonlijkere zorg.”

Ook voor de zorgverleners leveren zorgtechnologieën die zorg op afstand mogelijk maken een enorme tijdswinst op, met meer kwaliteits-tijd tussen de zorgverlener en cliënt tot gevolg. Door het automatiseren van bepaalde handelingen – bijvoorbeeld het meerdere keren per dag automatisch aanreiken van de medicatie – heeft de zorgverlener meer tijd voor de cliënt. Dit betekent: persoonlijkere zorg. Bovendien heeft dit als uitwerking dat de werkdruk bij zorgverleners lager wordt.

Hoe kunnen we technologie écht van waarde maken voor de zorg?

Technologie is volop aanwezig: denk aan smartwatches, wearables en sensoren. De uitdaging zit hem in het vinden van manieren hoe de zorgverlener met die technologie aan de slag kan en zich tegelijkertijd kan blijven richten op zijn of haar kerntaak: het leveren van zorg. FocusCura ontzorgt de zorgverleners door innovatieve diensten te leveren van A tot Z (van installatie tot beheer van digitale zorgtoepassingen). Dit combineert FocusCura met kennis van technologie en de stakeholders binnen de zorgsector. Door in gesprek te blijven treedt FocusCura ook op als de ‘spil’ tussen de verschillende stakeholders, zoals cliënten, zorgverzekeraars, ontwikkelaars, zorgcentrales en zorgverleners.

“Daarnaast vragen innovaties zoals cMed Plus, waarbij de cliënt de eigen regie heeft, om een nieuwe vorm van zorgverlening,” stelt Jeroen. De zorgverlener wordt wellicht meer als een ‘coach’ gezien. Om zorgverleners te ondersteunen ontwikkelt FocusCura praktijkgerichte e-Learning-programma’s, die zorgverleners kunnen volgen wanneer zij dat zelf willen.

De uitdaging voor Slimme Zorg

Jeroen: “De uitdaging – of eigenlijk de kans – voor de toekomst is om de technologische ontwikkelingen op de voet te volgen en hierbij continu na te gaan hoe deze voor de zorg ingezet kunnen worden.” De druk op de zorg blijft groot, en in de praktijk blijkt dat digitale zorginnovatie één van de zaken is die aantoonbaar kan zorgen voor een verlichting. “We hebben geen glazen bol,” zegt Jeroen. “Zoiets onvoorspelbaars als een pandemie heeft enorme invloed gehad op digitale innovatie. Kijk bijvoorbeeld naar beeldbellen.”

“De uitdaging – of eigenlijk de kans – voor de toekomst is om de technologische ontwikkelingen op de voet te volgen en hierbij continu na te gaan hoe deze voor de zorg ingezet kunnen worden.”

Dit ‘trendwatchen’ is cruciaal, want in de praktijk blijkt dat technologische ontwikkelingen zich soms moeilijk laten voorspellen. Jeroen: “Als organisatie vragen wij ons daarom telkens af: hoe wendbaar zijn we en hoe goed kunnen wij inspelen op ontwikkelingen? Zo kun je als organisatie bij alle bewegingen in de wereld, zoals demografische en technologische ontwikkelingen, altijd je rol blijven pakken en daarmee toegevoegde waarde blijven leveren voor de zorg.”

Maar alleen een regiefunctie die de huidige ontwikkelingen op de voet volgt, is niet genoeg. Ook het financieringslandschap speelt een belangrijke rol. Zorginnovatie kan ‘over de keten heen’ ontzettend veel opleveren voor de wijkzorg. Samen met universiteiten, zorgverzekeraars en zorginstellingen zet FocusCura zich elke dag in om dit aan te tonen. Hierdoor krijgt innovatie een steeds stevigere plek in de structurele financiering van zorg.

“Zorgverleners en zorggebruikers hebben een essentiële rol om als ‘ambassadeur’ voor digitale innovaties in de zorg op te treden.”

Innovatie moet volgens Jeroen ruim baan krijgen bij de zorginstellingen; de plek waar digitale technologieën geïmplementeerd worden. Andere vragen die Jeroen hierbij stelt zijn: “Is er intrinsieke motivatie binnen zorginstellingen om digitalisering ruimte te geven, of wordt het gezien als een ‘moetje’? Hoe ga je dit borgen in de organisatie?” Soms is er nog een kloof tussen de top en de uitvoering. Jeroen ziet een essentiële rol voor zorgverleners en zorggebruikers om als ‘ambassadeur’ voor digitale innovaties in de zorg op te treden. Jeroen sluit af: “Innovatie moet écht in de poriën zitten.”

Hoe draagt OchtendMensen bij aan de implementatie van zorgtechnologie?

Ook bij OchtendMensen houden we ons in onze opdrachten bezig met de implementatie van zorgtechnologie.

Zo helpt OchtendMensen-adviseur Anne Goossens in de rol van programmasecretaris bij het versnellingsprogramma OPEN. OPEN is een door de overheid opgezet programma met als doel huisartsen te ondersteunen bij het veilig online delen van medische gegevens met hun patiënt.

OchtendMensen-adviseur Chris van der Sluijs ondersteunt Akkedeer bij de dienst Leefsamen. Leefsamen helpt ouderen en naasten met het gebruik van slimme sensoren thuis. Zo kunnen ouderen langer en veiliger thuis blijven wonen.

Meer over digitale innovaties in de zorg lees je op de themapagina van onze website. En wij vertellen je graag wat OchtendMensen nog meer doet binnen het domein Zorg & Gezondheid.

De energie-infrastructuur van 2050: OchtendMensen verkent de onzekere toekomst

Oukje van Merle - Adviseur Energie & Duurzaamheid OchtendMensen TwynstraGudde

Heb jij wel eens nagedacht over waar de stroom van jouw stopcontact of het gas uit jouw fornuis vandaan komt? Of hoe het daar terecht komt?

In Nederland zijn we gewend om op ieder moment van de dag gas en elektriciteit in onze woning te kunnen gebruiken. Maar het is een hele grote uitdaging om de leverzekerheid van energie ook in de toekomst te kunnen garanderen! Een goede en passende energie-infrastructuur speelt daarbij een belangrijke rol. OchtendMensen-adviseur Oukje van Merle werkt aan dit vraagstuk bij de provincie Utrecht.

Eerst wat basisinformatie, voordat we de mogelijke toekomst van de energie-infrastructuur induiken. Want wat zijn de toekomstige uitdagingen voor de bestaande energie-infrastructuur?

Veranderingen in de energie-infrastructuur

1. De infrastructuur van leidingen en kabels moet veranderen, omdat de energiedragers veranderen

In de energietransitie gaan we van veelvuldig aardgasverbruik naar meer gebruik van elektriciteit, warmtebronnen en waterstof. Deze nieuwe energiedragers (of groei in bestaande energiedragers) vraagt om een uitbreiding van de bestaande infrastructuur én om nieuwe nog niet bestaande netwerken.

2. Er zijn slimme oplossingen nodig binnen de infrastructuur om overschotten en tekorten van elektriciteit te kunnen balanceren

De elektriciteit van de toekomst gaat deels voortkomen uit zon- en windenergie. Maar de zon schijnt niet de hele dag. En soms is het windstil. Dit zorgt voor overschotten en tekorten gedurende de dag en de seizoenen. De infrastructuur heeft hier slimme oplossingen voor nodig, zoals opslag, conversie óf slimme apparaten die aan- en uitgaan, aangepast aan de weersomstandigheden en het capaciteit van het net.

3. Op de plek waar elektriciteit wordt opgewekt, ligt vaak nog geen infrastructuur

Naast een wisselende elektriciteitstoevoer, gaat ook de plek waar elektriciteit wordt opgewekt veranderen: van centrale opwek naar een energienetwerk met (grotendeels) décentrale opwek. Op de nieuwe locaties van opwek ligt soms nog helemaal geen infrastructuur!

De infrastructuur als langzaamste jongetje van de klas?

Een aanpassing van de elektriciteits-infrastructuur duurt veel langer dan het realiseren van hernieuwbare bronnen, zoals een zonnepark. Dit kan betekenen dat een regio graag een zonnepark wil realiseren, maar moet wachten op een aansluiting op het net. We willen en moeten zo snel mogelijk de energietransitie realiseren. Dus het is heel jammer als het net zorgt voor een vertraging.
Om snelheid te maken, zal er nu al gestart moeten worden met het maken van plannen, want realisatie van een net-aanpassing duurt 5 tot 20 jaar. Dat betekent dat we nu al zouden moeten weten wat er in 2040 moet gebeuren. Maar hoe voorspel je een onzekere toekomst? Dit roept de volgende vraag op:

Hoe gaat de energietransitie er uitzien tussen 2030 en 2050?

Over de vraag hoe de energietransitie er tussen 2030 en 2050 uit gaat zien, wordt door meerdere projecten en programma’s op landelijk en provinciaal niveau nagedacht. Ook bij de provincie Utrecht, waar OchtendMensen-adviseur Oukje werkt aan het begeleiden van een systeemstudie naar de energie-infrastructuur tussen 2030 en 2050. Om de onzekere toekomst iets minder onzeker te maken, wordt in de systeemstudie gewerkt met scenario’s. Deze studies bieden uiteindelijk inzicht in waar in het net knelpunten verwacht kunnen worden en hoe we nu al aan de slag kunnen gaan met oplossingsrichtingen.

De energietransitie-scenario’s voor 2050

Om grip te krijgen op mogelijke toekomstige ontwikkelingen zijn er via het landelijke programma Integrale Infrastructuurverkenning 2030 – 2050, II3050 programma, vier scenario’s ontwikkeld.
Ieder scenario laat een groei van andere energiedragers zien en daarmee ook van andere energie-infrastructuren. Deze scenario’s zijn echter niet alleen opgesteld op basis van mogelijke technologische ontwikkelingen, maar vooral op basis van sociaal-maatschappelijke en politieke ontwikkelingen.

“De scenario’s voor energietransitie zijn niet alleen opgesteld op basis van technologische ontwikkelingen, maar vooral op basis van mogelijke sociaal-maatschappelijke en politieke ontwikkelingen.”

De scenario’s verschillen met name in hoe overheden de energiesystemen gaan aansturen: regionaal, nationaal, Europees of internationaal? De scenario’s laten de extreme varianten zien van mogelijke aansturingsrichtingen.

Een voorbeeld: Het regionale scenario schetst een toekomst waarin Nederland de energietransitie na 2030 aanstuurt vanuit lokale en regionale overheidsorganen. Burgers en bedrijven worden betrokken bij energieprojecten en ondersteund door overheden in coöperatieve initiatieven. Hergebruik van grondstoffen op lokale schaal zal toenemen. Evenals tendensen als ‘consuminderen’ en ‘vliegschaamte’. Er zullen meer lokale warmtenetten ontwikkeld worden, net zoals zonne-energie op daken en kleine windmolenparken.

De afbeelding hieronder laat zien wat de gevolgen van deze uiterste scenario’s zijn voor welke energiebronnen gaan groeien en waar.

De vier scenario’s bieden een kijkje in uiterste toekomstbeelden. Waarschijnlijk zal er in 2050 een combinatie van uitersten werkelijkheid worden. Het laat een brede bandbreedte zien van hoe het zich mogelijk gaat ontwikkelen. En misschien denk je: ik mis in de scenario’s kernenergie?

In 2020 is op verzoek van minister Wiebes, ministerie van Economische Zaken en Klimaat, ook een vijfde scenario rondom kernenergie onderzocht. Het is een variatie op het Europees scenario waarbij de inpassing van nucleaire energie is onderzocht. Er is gekeken naar in welke vorm kernenergie technisch-economisch een haalbaar scenario is. Het zou onder andere ingezet kunnen worden als waterstofproducent, als back-up voor tekorten van de elektriciteitsvraag of als basisleverancier van elektriciteit. Een scenario dat overduidelijk afhankelijk is van sociaal-maatschappelijke en politieke ontwikkelingen!

De provincie en het energiesysteem

Het is belangrijk om vanuit de rol van de provincie meer zicht te krijgen op mogelijke toekomstige ontwikkelingen van het energienet. Het energienet raakt alle vraag-domeinen als gebouwde omgeving, industrie, landbouw en mobiliteit. Daarnaast raakt het energienet alle initiatieven op het gebied van opwek waarbij de provincie betrokken is. En tot slot heeft het ook een ruimtelijk component, zowel boven als onder de grond. De energie-infrastructuur was lang een taak van de centrale overheid tezamen met netwerkbedrijven, die veelal een centraal energie-aanbod verdeelden naar de regionale vraag. De energietransitie zorgt voor meer lokale opwek en aanpassingen van het lokale netwerk. Hierdoor wordt er ook meer van regionale partners gevraagd, waaronder ook van de provincie Utrecht: de plek vanuit waar OchtendMensen-adviseur Oukje aan dit vraagstuk werkt en leert!

Een goede en toekomstbestendige energie-infrastructuur is belangrijk voor Nederland. OchtendMensen-adviseur Oukje van Merle werkt aan dit vraagstuk bij de provincie Utrecht.

Oukje van Merle - Adviseur Energie & Duurzaamheid OchtendMensen

Bronnen:
Net voor de toekomst, CE Delft, november 2017
Klimaatneutrale energiescenario’s 2050, Berenschot/Kalavasta, maart 2020
Systeemeffecten van nucleaire centrales, in Klimaatneutrale Energiescenario’s 2050, Berenschot/Kalavasta, maart 2020
Basisdocument over energie-infrastructuur, Netbeheer Nederland, mei 2019

Wil je op de hoogte blijven van het werk van OchtendMensen op het gebied van Energie & Duurzaamheid? Schrijf je dan hieronder in voor onze nieuwsbrief, of bekijk meer Energie- & Duurzaamheidsopdrachten van OchtendMensen.

Werk-privé­balans bij Ochtend­Mensen

Anouschka Rozendaal, Adviseur OchtendMensen TwynstraGudde

Een goede balans tussen werk en vrije tijd is belangrijk. Het is fijn om de flexibiliteit en ruimte te hebben om je eigen leven in te richten. Adviseur Anouschka Rozendaal werkt sinds februari 2020 – op het moment van het schrijven van deze blog twee maanden – bij OchtendMensen en vertelt je graag over hoe zij haar volle – sportieve – privéleven combineert met haar werk. 

Belangrijk om energie uit je werk te halen

De eerste anderhalve maand als kersverse adviseur bij OchtendMensen is  voorbij gevlógen. Ik ben op een trein gesprongen en heb nu het idee dat ik alle verschillende wagonnetjes een beetje onder controle begin te krijgen. En dan heb ik het alleen nog over de werktrein. Uiteindelijk leef je niet om te werken (althans, ik niet) en ervaar ik het als een uitdaging om voldoende energie en tijd over te houden voor vrienden, familie en hobby’s. Oh, en slaap! Maar dat werk een groot deel van je leven in beslag neemt en dat het belangrijk is om daar energie uit te halen, staat voor mij buiten kijf.

Om maar even in te gaan op die werktrein: het scheelt best dat ik vooraf al wat werkervaring heb opgedaan, want daardoor is het concept werken voor mij al vertrouwd. Ik rolde mede daardoor vrij soepel in mijn eerste OchtendMensen-opdracht bij het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Mijn eerdere ervaring was ook bij de overheid, dus de dynamiek was niet nieuw. Het onderwerp van deze nieuwe opdracht, namelijk verkeersveiligheid, was voor mij met mijn zorgachtergrond wél helemaal nieuw. Dat is het leuke aan OchtendMensen; je wordt heel breed ingezet en ontwikkelt je dus ook breed. Daarnaast ben ik gestart met een opdracht over duurzame mobiliteit.

De balans tussen de verschillende opdrachten en mijn werk voor OchtendMensen bewaar ik door blokken in mijn agenda te zetten: tijd die ik label voor mijn verschillende taken. Een blok voor opdracht 1 betekent dat ik ook echt alleen met die opdracht bezig ben. Vrijdag is daarnaast standaard OchtendMensen-dag, waar je kan sparren met collega’s over opdrachten en we samen aan onze interne organisatie werken. Die dag vliegt altijd voorbij, omdat het ook erg leuk is om iedereen weer te zien.

Bij OchtendMensen heb je twee banen

Ik was ook best nieuwsgierig hoe ik het zou vinden om als externe aan een project te werken, maar tot nu toe vind ik dat heel tof. Eigenlijk behoor ik nu tot twee families in plaats van één: die van OchtendMensen én die van mijn project, waar ik ook heel warm werd ontvangen. Tegelijkertijd ben je jezelf op twee fronten dingen eigen aan het maken (intern en extern), wat resulteerde in een hoop nieuwe indrukken. Je begrijpt dat ik af en toe best moe thuis kwam.

Ruimte, vertrouwen en afwisseling

Hoe laad je jezelf dan op, vraag je je misschien af? Op het werk word ik erg blij van de interactie met (nieuwe) mensen en maak ik me graag een nieuw thema eigen. Ik geniet van de ruimte en het vertrouwen dat ik krijg bij zowel OchtendMensen als mijn opdrachtgever, en het schakelen tussen verschillende onderwerpen. Privé heb ik een heerlijk appartement in Rotterdam met mijn twee beste vriendinnen. Dat is fijn thuiskomen. Daarnaast zit ik zeker niet stil. Ik train voor de marathon van Rotterdam, dus heb ik op dinsdag en donderdag intervaltraining bij mijn hardloopvereniging (PAC, voor de kenners) en een duurloop in het weekend. Om mijn creatieve honger te stillen, volg ik eens per twee weken zangles en duik ik regelmatig koffietentjes in om te tekenen of te lezen. Vooral het starten in een nieuwe baan en volop trainen voor de marathon van Rotterdam is een gewaagde combinatie. Dat laatste is deels wel een lifestyle, met vaste avonden, uren training, letten op voeding en slaap en sinds kort ook een alcoholstop. Dit klinkt misschien niet zo aantrekkelijk, maar het geeft me veel energie en voldoening om met mijn hardloopmaatjes naar zo’n groot doel toe te werken.

Maar helaas komt dan nu toch de olifant in de kamer: vorige week werd bekend dat de marathon is afgelast door de Corona-situatie. Een heel begrijpelijke maatregel, maar best een bittere pil na drie maanden commitment. Gelukkig is daar altijd nog Lee Towers met zijn magische woorden: Walk on through the wind, walk on through the rain, though your dreams be tossed and blown. Walk on, walk on, with hope in your heart. And you’ll never walk alone. En dan blijkt de liefde voor het lopen groter dan alleen een marathon, groot genoeg om door te blijven lopen zonder doel. Want wat ik steeds meer leer met lopen, maar ook privé en professioneel, is genieten van wat er wél is.

"Bij OchtendMensen word je heel breed ingezet en ontwikkel je je dus ook breed. Er is veel afwisseling en je krijgt ruimte en vertrouwen."

Anouschka Rozendaal - Adviseur OchtendMensen

Onderaan beginnen is zo gek nog niet

Albert Pansier Adviseur Zorg en Gezondheid OchtendMensen TwynstraGudde

Na jaren studeren is het dan eindelijk zo ver: je bent afgestudeerd. Je hebt een berg ervaring opgebouwd in je studententijd, bij je studie- of studentenvereniging, sportclub of in andere nevenfuncties. En dan komt het moment dat je start in je eerste baan en voor je gevoel weer onderaan de ladder moet beginnen. Want wat kun je nu eigenlijk echt? Meer dan je denkt, zo weet Albert Pansier. Albert zit op het moment van het schrijven van deze blog in zijn tweede jaar als adviseur bij OchtendMensen. Hij legt uit hoe onderaan beginnen heel waardevol kan zijn.  

Wat is een goed startpunt voor mijn carrière?

Wat is een goed startpunt voor mijn carrière? Die vraag komt je vast bekend voor. Ook ik stelde mijzelf die vraag. Ik ging er vanuit dat ik ergens onderaan moest beginnen, maar dat bleek maar ten dele waar. Natuurlijk is je eerste rol vaak meer ondersteunend en niet altijd de meest uitdagende. Tegelijkertijd krijg je ook veel kansen om initiatief te nemen en meer taken en verantwoordelijkheden op je te nemen. Juist aan het begin van je carrière kun je met enthousiasme, bevlogenheid en bravoure heel snel groeien. En de vraagstukken waar ik mij mee bezig mocht houden in mijn opdrachten, zoals kwaliteit van het onderwijs door kenniscirculatie, gezondheid in de stad Almere en de samenwerking tussen mantelzorgers en verplegers in een tehuis, waren echt geen vraagstukken voor beginners. Dat maakt het werken in de publieke sector ook zo leuk: het gaat om serieuze vraagstukken die impact hebben op mensenlevens. 

Oog hebben voor belanghebbenden

Daarnaast betekent onderaan beginnen voor mij oog hebben voor belangrijke belanghebbenden van mijn projecten, zoals de leraren, de inwoners van een gemeente of de verpleegkundigen. In dat opzicht hoop ik dat ik in mijn tijd bij OchtendMensen en in mijn verdere carrière altijd onderaan blijf beginnen, daar waar het gebeurt. 

“Bij werken in de publieke sector gaat het om serieuze vraagstukken die impact hebben op mensenlevens.”

Het betrekken van je stakeholders is van groot belang voor het succes van je project. Dat mocht ik ervaren in het ontwikkelen van een advies over het toepassen van (wetenschappelijk) onderzoek in het (basis)onderwijs. De leraren stonden centraal. Daarnaast ervaarde ik dat in een opdracht om een visie op buurtontmoeting te ontwikkelen voor een gemeente, waarin de behoeften van bewoners het uitgangspunt vormden. En tot slot in een opdracht om mantelzorgers beter te betrekken bij de intramurale zorg in een verpleegtehuis. De wensen van cliënten en hun mantelzorgers waren hierin leidend. Visies, plannen en beleid worden dan gebaseerd op dat wat er in de praktijk speelt en leeft. Dat zorgt voor draagvlak, duidelijkheid en begrip, zowel op de werkvloer als op strategisch en bestuurlijk niveau. Betrek hen die geraakt worden door wat jij aan het doen bent. 

Beginnen bij de werkvloer en daar een verschil maken

Onderaan beginnen is dus zo gek nog niet. Het is maar net hoe je het bekijkt. Voor mij betekent het: beginnen bij de werkvloer en daar een verschil maken. In mijn opdrachten bij OchtendMensen krijg ik de kans om dat te doen. 

Benieuwd naar OchtendMensen? Kom naar onze digitale inhousedag.

"Juist aan het begin van je carrière kun je met enthousiasme, bevlogenheid en bravoure heel snel groeien."

Albert Pansier - Adviseur OchtendMensen

Een brede interesse? Maak er gebruik van!

Elske Rotteveel, Adviseur OchtendMensen TwynstraGudde

Leren en ontwikkelen is een belangrijk onderdeel van het werken bij OchtendMensen; het werk-leerprogramma voor de jonge professionals van organisatieadviesbureau TwynstraGudde. Maar waar begin je wanneer je een brede achtergrond of interesse hebt? Wat doe je wanneer je nog niet goed weet waarop je je wilt ontwikkelen? Adviseur Elske Rotteveel werkt sinds september 2019 – bij het schrijven van deze blog anderhalf jaar – bij OchtendMensen. Zij vertelt hoe zij haar brede interesse heeft gebruikt in haar eerste opdracht bij de Defensie Materieel Organisatie.

“OchtendMensen doen in een traject van drie jaar verschillende externe opdrachten. Daarnaast volgen we een intensieve opleiding gericht op onze persoonlijke ontwikkeling en het vergroten van ons instrumentarium, onze kennis en expertise als adviseur.”

Brede interesse, open blik, ruimte en begeleiding

Toen ik afstudeerde, wist ik een heleboel over één heel specifiek onderwerp: de hervorming van het Nederlandse gevangeniswezen na de Tweede Wereldoorlog. Ik had dagen in archieven gezeten, oude jaarverslagen gelezen, vergeelde foto’s bekeken en mijn analyses van rechtsgeschiedenis opgeschreven. Dat vond ik interessant, maar ik had nog een heel lijstje met andere onderwerpen waar ik me graag in verdiepte. Schuldenproblematiek bijvoorbeeld, of medisch-ethische vraagstukken, of jeugdcriminaliteit. Die brede interesse vond ik voorheen altijd onhandig; want wat wist ik nou echt, welk onderwerp maakte me nou echt enthousiast? Door mijn werk bij OchtendMensen ben ik erachter gekomen dat een brede interesse en een open blik je veel kunnen brengen. Vooral in combinatie met ruimte en goede begeleiding.

Bij OchtendMensen werken we mee in organisaties die zich bezighouden met de vraagstukken van nu en van de toekomst. We doen in een traject van drie jaar verschillende externe opdrachten en volgen daarnaast een intensieve opleiding gericht op onze persoonlijke ontwikkeling en het vergroten van ons instrumentarium, onze kennis en expertise als adviseur.

Op mijn eerste dag bij OchtendMensen wandelde ik ’s ochtends de Kromhoutkazerne in Utrecht binnen, waar ik begon aan een opdracht bij de Defensie Materieel Organisatie. Ik ging aan de slag met het ondersteunen van een ontwikkelprogramma en was ook directiesecretaris van het management team van de afdeling Personeel & Organisatie. Door die twee rollen had ik contact met een heleboel verschillende mensen en kreeg ik iets mee van een heleboel verschillende onderwerpen. Ik werkte echt mee in de organisatie, maar nam ook mijn blik ‘van buiten’ mee.

Mijn bijdrage bij de opdrachtgever

Na een tijdje meedraaien, meedenken en meedoen, had ik een goed beeld van welke onderwerpen er in de organisatie speelden en wat mijn bijdrage daarin was. Tegelijkertijd zag ik daardoor ook welke mogelijkheden er nog waren. Op maatschappelijk gebied hield en houd ik mij veel bezig met het probleem van racisme en seksisme in de samenleving. In mijn opdracht zag ik dat er nog geen gericht initiatief was om die onderwerpen op organisatieniveau aan te pakken. In een Personeel & Organisatie-omgeving – met ervaringsdeskundigen op het gebied van werving en selectie en toegang tot relevante informatie en interventies – zijn er legio mogelijkheden om aan de slag te gaan met diversiteit en inclusie. Je begrijpt: mijn interesse was gewekt.

Mogelijkheden aangrijpen

Het grote voordeel van OchtendMensen is dat ik die interesse niet voor mezelf hoefde te houden, maar dat ik die in gesprek met mijn collega’s en manager bij OchtendMensen verder kon uitpluizen. Er is bij OchtendMensen ruimte om mogelijkheden aan te grijpen. Met de steun van mijn manager ging ik daarom in gesprek met mijn opdrachtgever om te verkennen of ik binnen mijn opdracht iets met dit onderwerp kon gaan doen. Mijn opdrachtgever reageerde enthousiast en ook ik was erg gelukkig: op die manier kon ik mijn eigen interesse volgen én mijn kennis inzetten voor een opdracht. Dat leidde uiteindelijk tot een Diversiteit- en Inclusie-aanpak voor de Defensie Materieel Organisatie (lees daarover hier meer).

Een brede interesse met bijbehorende open en frisse blik kan jou en je opdrachtgever dus juist veel opleveren, vooral in combinatie met ruimte voor eigen inbreng en goede begeleiding!

Diversiteit en inclusie

Daarnaast ben ik nu ook binnen OchtendMensen betrokken bij een werkgroep diversiteit en inclusie. Want ook bij OchtendMensen hebben wij belang bij een zo divers mogelijke groep collega’s, zodat we samen een open blik houden, van elkaar kunnen leren en verschillende perspectieven kunnen gebruiken in onze opdrachten.

Wil je meer weten over OchtendMensen? Meld je dan aan voor één van onze digitale inhousedagen. En wil je daarna solliciteren? Dat kan hier.

En heb je nog vragen, dan vind ik het leuk als je contact met mij opneemt.

"Door mijn werk bij OchtendMensen ben ik erachter gekomen dat een brede interesse en een open blik je veel kunnen brengen. Vooral in combinatie met ruimte en goede begeleiding."

Elske Rotteveel - Adviseur OchtendMensen

Meld je aan voor één van onze thema-nieuwsbrieven